Definitief besluit over extra beveiligde zittingslocatie in Lelystad

27 jun , 18:37 Nieuws
stadhuis gevel2
Gemeente Lelystad
Aangezien demissionair minister voor Rechtsbescherming, Franc Weerwind, het besluit heeft genomen over de Extra Beveiligde Zittingslocatie (EBZ) in Lelystad, kan de ruimtelijke procedure hiervoor worden gestart. De verantwoordelijke organisatie voor de ontwikkeling van de EBZ is het Rijksvastgoedbedrijf.
Veiligheidsrisico
Bij de ontwikkeling van de EBZ is afgesproken dat er een participatietraject moet gaan komen met de inwoners. Tenslotte zal de gemeenteraad van Lelystad moeten instemmen met de ruimtelijke procedure.
In een EBZ worden verdachten met een hoog veiligheids- of vluchtrisico berecht. Tijdens de zittingsdagen worden verdachten, rechters en officieren beveiligd vervoerd van en naar de EBZ. Dit kan per auto of per helikopter.
EBZ in Lelystad
De demissionair minister van Rechtsbescherming heeft dinsdag 25 juni de Tweede Kamer op de hoogte gesteld. Hierbij werd het definitieve besluit afgegeven om te starten met de ontwikkeling van de EBZ in Lelystad.
Dit kon de minister doen na de ondertekening van de intentieovereenkomst met de gemeente Lelystad, het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) en het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) in april 2024.
De gemeenteraad had eerder voorwaarden gesteld aan de komst van de EBZ naar Lelystad. Onder meer ging het hierbij om een veilige en vlotte doorstroming van het verkeer aan de Larserdreef, goede ruimtelijke inpassing en zo min mogelijk overlast voor omwonenden.
Bestaande capaciteit onvoldoende
In Nederland zijn 2 extra beveiligde zittingslocaties en dat zijn Schiphol en de Bunker in Osdorp. Op dit moment is de capaciteit van de 2 locaties onvoldoende, waarbij de locatie de Bunker verouderd is.
Voor de laatste locatie moet een nieuwe EBZ komen. De beoogde locatie in Lelystad ligt naast de Penitentiaire Inrichting Lelystad (PI Lelystad). Men wil de vervoersbewegingen beperken, waardoor ook een logeervoorziening voor verdachten in de EBZ komt.
(Bron: Gemeente Lelystad)