Kabinet maakt water en bodem sturend bij ruimtelijke keuzes

Foto: Natuurmonumenten

De ministerraad heeft afgelopen week besloten dat water en bodem sturend gaan zijn bij beslissingen over de inrichting van Nederland. Dit gebeurde op voorstel van minister Harbers en staatssecretaris Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat.

Gebiedsgerichte aanpak
Aangezien het kabinet meer rekening houdt met water en bodem bij de inrichting van Nederland, zijn er diverse keuzes gemaakt. Met deze keuzes, die gezien kunnen worden als randvoorwaarden, kunnen provincies een gebiedsgerichte aanpak opstellen.

Maar dit is maatwerk. Een voorbeeld hiervan is dat er meer zoetwatervoorraden moeten komen. Hiermee wordt het mogelijk om bijvoorbeeld meer water op te slaan in het IJsselmeer en in het Markermeer, de ‘nationale regenton’.

Voorstellen
Dit houdt in dat er meer zoetwatervoorraden en nieuwe drinkwaterbronnen moeten gaan komen. Het grondwaterpeil gaat op verschillende locaties omhoog. Kustuitbreiding is voorlopig taboe, evenals bouwen van eilanden in het IJsselmeergebied.

De peilfluctuaties en -aanpassingen van het IJsselmeer en het Markermeer worden bijgesteld. Dit houdt in dat de huidige zoetwaterbuffer van 20 naar 50 cm wordt vergroot. De aanleg van eilanden in het IJsselmeergebied is niet meer toegestaan.

Behalve voor overstroombare natuur en om te voldoen aan de Natura 2000-doelen. Hiermee houdt het kabinet de deur op een kier om het Marker Wadden Project een vervolg te geven. In de toekomstvisie van Lelystad wordt aangegeven dat er tientallen eilanden moeten komen voor de kust. Dit is nodig voor de natuur, om te wonen en om te kunnen recreëren.

(Bronnen: Rijksoverheid, H2O waternetwerk, Omroep Flevoland) 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen