Strijd tegen de Reuzenberenklauw

Brandblaren
Daarnaast geeft GGD Flevoland aan dat de brandblaren niet meteen ontstaan, maar dit gebeurt pas als er zonlicht komt op de plaats waar het sap zit. Dit komt doordat de sappen de huid overgevoelig maken voor zonlicht.  

Op het moment dat men de plant heeft aangeraakt, raak het gezicht niet aan, daar het erg gevaarlijk is als het sap in de ogen of in de mond komt. Is dit toch gebeurd, neem meteen contact op met de huisarts of de huisartsenpost.

Tevens is het van belang om de huid met water en zeep te wassen. Daarnaast moet mener voor zorgen dat er geen zonlicht bij de huid komt. Daarna kan men de huid het beste nog een paar maanden insmeren met een zonnebrandmiddel.

Reuzenberenklauw
Daarnaast is het ook belangrijk dat men de gemeente laat weten waar de Reuzenberenklauw staat. De afgelopen maand zijn er al berichten geweest van dat de plant in het Tuindersbos achter het Karveel staat.

Op deze plaats zou de Reuzenberenklauw staan (of misschien ondertussen heeft gestaan) rond de volkstuinen. Daarbij komt nog wat anders voor en dat is dat er 2 soorten berenklauw zijn, en dat is de Europese berenklauw (de gewone) en de Reuzenberenklauw.

De Europese berenklauw is beduidend kleiner met meer ronde bladeren. Volgens de media is de Reuzenberenklauw een invasieve exoot. In straattaal betekent dit meestal dat de plant origineel niet in Europa voorkomt.  

Volgens Landschapsbeheer Flevoland zijn beide planten schadelijk, echter de Reuzenberenklauw wordt zo groot, dat deze plant een stuk gevaarlijker is. Zo zijn er exemplaren gevonden die zo’n 5 meter hoog waren. Het zijn planten met dikke stengels en grote brandharen.

Maaien en weghalen
Normaal gesproken laat de gemeente de Reuzenberenklauw weghalen door maaien, maar dat kan niet altijd even goed. Daarom wordt door Landschapsbeheer met vrijwilligers kleine plantjes weggehaald, zodat ze niet verder kunnen groeien. 

Maar ondanks alle werkzaamheden komt het soms voor dat een plant toch groot wordt. In dit soort gevallen moeten de vrijwilligers de plant laten staan en zorgen dat ze niet in aanraking komen met de plant.

In het gebied van het Tuindersbos wordt steeds geprobeerd om de planten weg te halen, maar het kan voorkomen dat de Reuzenberenklauw zich in bepaalde gebieden zich snel verspreidt.

Op het moment dat men de plant laat groeien, verspreidt hij steeds verder. De gemeente kan ook niet alles aan. Het is daarom ook heel goed, als omwonenden de plant omschoffelen en dit een tijd volhouden, zodat de plant niet meer terugkomt.