De zogenoemde bruine vloot bestaat uit vierhonderd antieke vracht- en vissersschepen. Spakenburg omvat het merendeel van deze schepen. Bij de vloot - als het varende erfgoed - horen ook Friese skûtsjes en een enkel koggeschip. Om de herinnering aan de impact van de Zuiderzee levend te houden, varen de schepen nog altijd.
Geld nodig
De Zuiderzeegemeenten en de provincies hebben geld gevraagd aan de overheid om de historische botters te kunnen onderhouden. Het gaat hierbij om de botters in de Museumhaven van Spakenburg.
Bestuurslid van de Vereniging van Zuiderzee gemeenten, burgemeester Melis van de Groep van Bunschoten, geeft aan dat er miljoenen nodig zijn. Volgens de burgemeester is Spakenburg rentmeester van een uniek stukje cultureel erfgoed. Dit is de meest complete historische vissershaven van Nederland.
Bruine Vloot
Als gemeente heeft Bunschoten zelf eerder al geld vrijgemaakt die bedoeld is als steun voor de bottervloot. Het noodsignaal aan Den Haag komt van de provincies Utrecht, Flevoland, Overijssel en Friesland. Tevens van de vertegenwoordiging van samenwerkende schepen, de brancheorganisatie voor de beroepschartervaart en de Vereniging Zuiderzeegemeenten.
Op de site van de Bruine Vloot Spakenburg is een hele reeks te zien van boten en de geschiedenis. Ook Lelystad zet zich in voor het behoud van de historische schepen. Als een van de mede-ondertekenaars van het verzoek aan Den Haag, gaat Lelystad mee in het verzoek aan de ministeries EZK en OCW om een bedrag vrij te maken in hun begroting.
Hierbij gaat het dan om eenmalig 1 miljoen euro bij te dragen in 2022 en vanaf 2023 2.5 miljoen euro per jaar. Tevens de inrichting van een Garantiefonds voor lage financiering voor erfgoed schepen.
(Bronnen: RTV Utrecht. Gooi en Eemlander, Bruine Vloot Spakenburg, Gemeente Lelystad)