Staatssecretaris Participatie en Integratie, J.N.J. Nobel, heeft een Kamerbrief aan de Tweede Kamer gestuurd waarin wordt gemeld dat de staatssecretaris samen met de gemeenten gaat werken aan een eenvoudiger armoedebeleid, waarbij de aandacht meer gericht is op werkenden.
Werkenden, kinderen en jongeren
In de Kamerbrief wordt aangegeven dat het Nationaal Programma Armoede en Schulden zich nadrukkelijk richt op werkenden, kinderen en jongeren. Het risico op armoede onder werkenden is relatief laag, maar het is momenteel een groot deel van de groep mensen in armoede.
Daarnaast is de staatssecretaris van mening dat kinderen en jongeren gelijke kansen verdienen om zich te ontwikkelen. En de financiële situatie van de ouders mag de ontwikkeling niet in de weg staan.
Geldzorgen
Als men geldzorgen heeft, valt het niet altijd mee om boodschappen te doen, zodat er gekookt kan worden voor het gezin, of de kapotte broek van het kind vervangen kan worden of een cadeautje kopen voor de verjaardag van oom of tante.
Als men financieel in de problemen zit, leveren dit soort zaken of elke binnenkomende rekening alleen maar (meer) stress. Tevens komt er bij kijken dat men schaamte heeft om hulp te vragen, wat weer meer schulden oplevert.
Ook bij voldoende inkomen
Daarna zal het snel van kwaad tot erger gaan, waarbij het aantal aanmaningen oploopt, het aantal boetes en het aantal incasso’s. Alles komt in een vicieuze cirkel waar men maar moeilijk uit kan komen.
Maar het kan ook voorkomen bij ‘genoeg inkomen’, bijvoorbeeld na een scheiding, door een chronische ziekte of verlies van een baan. Op den duur kan men verdwalen in een doolhof van regelingen en krijgt men niet de steun waarop men recht heeft.
Langs 5 lijnen
Het Nationaal Programma zal activiteiten organiseren die gebaseerd zijn op 5 uitgangspunten: het voorkomen van geldzorgen, het klein houden van kleine zorgen, bieden van hulp, vergroten van grip en overzicht, en perspectief voor de toekomst.
Campagnes worden uitgebreid om werkenden te wijzen op de rechten. Tevens wil men de samenwerking met werkgevers, scholen en zorgprofessionals versterken om geldzorgen (mogelijk) sneller te kunnen signaleren. Tevens gaan gemeenten met de Belastingdienst en Dienst Toeslagen experimenteren met het delen van signalen over betalingsachterstanden.
(Bron: Gemeente Nu, Kamerbrief)